Project 2014-18 / 100 jaar 'Groote Oorlog' - gedichtendag / deel 2

Nog enkele prachtige gedichten over de Eerste Wereldoorlog:



Van 1914 tot 1918 alleen maar smart en pijn,
om dan toch maar te vrezen op het einde gesneuveld te zijn.
Naamloos gestorven, het is toch niet fijn
om na de oorlog voor altijd onbekend te zijn.
Een gasmasker, bommen en een bajonet.
Wie tegenstribbelde werd tegen de muur gezet.
Engelsen, Fransen en Belgen erbij,
vochten tegen den Duits en waren allesbehalve blij.
Militaire begraafplaatsen in overvloed.
Waarvoor was die oorlog eigenlijk goed?
(Maritt)

Ratten in de loopgraven
Binnenkort zullen we iedereen moeten begraven.
’t Is koud hier in de velden,
winnen gebeurt zelden.
Thuis missen ze mij.
Was dit allemaal maar voorbij,
alleen maar denken aan sneuvelen…
Ik kan mijn gedachten wel oppeuzelen.
Ik heb wel een bajonet en enkele geweren,
de pijn kan me niet deren.
Door de Duitsers is het allemaal begonnen,
was het allemaal maar verzonnen.
Misschien stopt straks mijn leven,
dan lig ik daar, in de kou, te beven…

(Lise Devos)


Mijn vriend werd geraakt,
recht in z’n been.
Ik mocht hem niet helpen,
hij bleef daar helemaal alleen.
Even later stond ik oog in oog met een Duitse soldaat.
Ik aarzelde, maar stond helemaal paraat.
Met een grote zwaai stak ik hem neer
met de bajonet op mijn geweer.
(Robbe Pieters)

De Duitsers zijn begonnen,
met heel veel kanonnen.
Ik hoorde veel schoten,
bloed werd vergoten.
Ik zat in een bunker met mijn geweer.
Ik schoot een Duitser neer.
Ik dacht: “We zijn al gewonnen!”
Maar we waren pas begonnen…
(Wannes) 




Reacties